Klassiek in Witte Kerk Heiloo

28 september Nieuw Amsterdams Peil

Morton Feldman: Piano, violin, viola, cello.


Wanneer het op de aard van zijn late composities aankwam, sprak Morton Feldman graag over ‘landschappen in de tijd’. Tijdens een lezing in Middelburg eind jaren tachtig zei hij daarover: ‘Mijn stukken zijn niet lang, de meeste zijn zelfs te kort. Analytisch gezien zijn mijn stukken misschien lang, maar als je ernaar luistert, lijken ze te horen bij het landschap van tijd dat ik breng.’ Dit citaat gaat zeker op voor Feldmans laatst voltooide compositie Piano, Violin, Viola and Cello (1987). In vergelijking met eerdere stukken zoals het Tweede Strijkkwartet (1983) en For Philip Guston (1984), die beide meer dan drie uur duren, is dit atypische pianokwartet van bijna tachtig minuten een relatief kort werk. In dit stuk kwam Feldman tot een laatste verfijning van zijn componeermethode, die het midden houdt tussen herhaling en variatie. Het is muziek zonder contrasten; er zijn geen climaxen, geen melodieën en geen polyfonie. Bovendien speelt alles zich af binnen een relatief klein toonbereik. Maar juist binnen deze begrenzingen roept Feldmans muziek een enorm gevoel van sereniteit en tijdloosheid op. ‘Feldmans stukken beginnen niet echt en eindigen niet’, aldus een treffende karakterisering van pianist Steffen Schleiermacher in het cd-boekje. ‘In plaats daarvan verschijnen ze kortstondig uit de eeuwigheid [...] om terug te keren naar de stilte waaruit ze vandaan kwamen.’ (JWvR)

zo. 26 mei: Joe Puglia's Temporary Pianotrio.

Joe Puglia (viool), Örs Köszeghy (cello) en Ellen Corver (piano) spelen:

Ernest Bloch (1880-1959)
Three Nocturnes voor Piano Trio (1924)
I. Andante
II. Andante quieto
III. Tempestoso

Ludwig van Beethoven (1770-1827)
Piano Trio No. 3 in c klein, Op. 1, No. 3
I. Allegro con brio
II. Andante cantabile con variazioni
III. Menuetto. Quasi allegro
IV. Finale. Prestissimo

pauze

Johannes Brahms (1833-1897)
Piano Trio No. 2 in C groot, Op. 87
I. Allegro
II. Andante con moto (Tema con variazioni)
III. Scherzo. Presto - Trio. Poco meno presto
IV. Finale. Allegro giocoso

Zo. 21 april: Marco Danesi (klarinet) speelt klarinetkwintetten van Brahms en Golijov met internationaal strijkersensemble

Osvaldo Golijov opent de deuren naar zijn wereld met een prelude. De meditatieve sfeer en lang aangehouden akkoorden begeleiden de luisteraar in een lange en onrustige muzikale reis. Het eerste deel klinkt als een hartslag die wild aan het versnellen is. Terwijl de klarinet een muzikale lijn begint met lange noten, herhaalt het strijkkwartet juist obsessief acht noten. Hierdoor ontstaat er een zwaartekrachtsveld waarin de twee contrasterende lijnen zich nooit verenigen maar wel samenkomen als de krachten van God en de mensheid. Het tweede deel klinkt als een overslaande hartslag: het ritme van de dood. De klarinet en de viool houden een monoloog als verhalenvertellers, terwijl het strijkkwartet de rol van klezmer band op zich neemt. Het derde en laatste deel klinkt als de toverfluit van een herder. Het is een sierlijke en zoete melodie die het publiek tegen het einde van de reis weer in rustige sferen brengt. De compositie eindigt met een postlude waarin een vraag wordt gefluisterd: Wat is de motor van het leven? De vraag blijft onbeantwoord.
 

ZO. 17 maart, 15.00 uur:
J.S. BACH: JOHANNES PASSION

Solisten:

Marcel Reijans Evangelist
Sven Weyens Christus
Wendeline van Houten Sopraan
Talitha van der Spek Alt
Jeroen Helder Tenor
Christian Beutel
Bas

Barokensemble en Koor Eik en Linde o.l.v. Henk Verhoef, orgel

De passiemuziek bij het evangelie van Johannes is een van die grote meesterwerken van Bach die ieder jaar in Nederland wel uitzonderlijk vaak worden uitgevoerd: in concertzalen en kerken, groot en klein, beroemd en bescheiden, door het hele land verspreid. In de weken voor Pasen gaan jong en oud, arm en rijk, hoofd- en handwerkers, gelovigen en sceptici, eendrachtig ter kerke of naar de concertzaal om zich over te geven aan het aangrijpende verhaal van de uitlevering, de marteling en de dood van Jezus van Nazareth.
Speciaal voor die kleine kerken, maar ook uit muzikale overwegingen, voert Eik en Linde de Johannes uit met een zo licht mogelijke instrumentale bezetting en een kamerkoor. Het lijnenspel van de instrumentale en vocale stemmen wordt helderder, transparanter, en de subtiliteiten van de barokke speelwijzen komen beter tot hun recht in deze kleinschalige maar niet minder indrukwekkende bezetting.

Zo. 18 februari, 15.00 u:


ARPEGGIONE
Ketevan Roinishvili, cello
Vera Kooper, piano


Programma:

Ludwig van Beethoven: 7 Variaties op “Bei Männern, welche Liebe fühlen” (Zauberflöte), WoO46

Lera Auerbach: Cello Sonate No. 1, Op. 69
I.  Allegro moderato
II. Lament. Adagio
III. Allegro assai
IV. Con estrema intensitá

---- pauze ----

Franz Schubert: Sonate voor Arpeggione en Piano in a-klein, D. 821
I. Allegro moderato
II. Adagio in E major
III. Allegretto in A major

Op Youtube staan mooie opnamen van Beethoven, Schubert en Auerbach

De arpeggione, ook wel guitare d’amourguitarre-violoncell of bowed guitar genoemd, is volgens de meeste bronnen in 1823 ontworpen door de Weense gitaarbouwer Johann Georg Staufer (1778-1853).
De term bowed guitar was eigenlijk geen slechte benaming, omdat het instrument enkele belangrijke vormkenmerken van de gitaar verenigt met de gestreken speelwijze van de vioolfamilie (zie onder). De term guitare d’amour is natuurlijk de mooiste: zoals bij de viola d’amore of de oboe d’amore verwijst hij naar de zachte, soms klagende klank. Maar de term die de geschiedenis heeft behouden is arpeggione. Staufer noemde zijn creatie zo omdat een van de belangrijkste eigenschappen van dit instrument het spelen van gebroken akkoorden was. (Het Italiaanse woord arpeggio betekent gebroken akkoord.) Vanaf 1871 werd de naam arpeggione de meest gebruikte. Dit was een gevolg van de publicatie in dat jaar van de populaire arpeggione-sonate uit 1824 van Schubert.
Ketevan Roinishvili
Ketevan Roinishvili komt uit een muzikale familie in Tbilisi (Georgië). Ketevan studeerde aan het Muziek Gymnasium bij Professor Mikheil Khoshtaria tot 2005 en werd aangenomen op het Conservatorium van Tbilisi, waar zij tot augustus 2008 studeerde bij Professor Tamara Gabarashvili. Zij sloot haar bachelor af onder leiding van Dmitri Ferschtman en haar masterexamen onder leiding van Floris Mijnders. Ook studeerde zij in Wenen bij Professor Reinhard Latzko. Ketevan sloot haar examens af met de hoogst mogelijke onderscheiding.

Ketevan won diverse nationale en internationale prijzen waaronder het Georgisch nationaal concours en het Servais international concours. Zij werkte samen met musici als Maria Milstein, Dmitri Ferschtman, en Natalia Gutman. Ook soleerde zij met diverse orkesten en werkte samen met dirigenten als Adrian Prabava en Cem Mansur.  Ketevan treedt regelmatig op in binnen- en buitenland, onder andere in het kader van  het Dutch Classical Talent Concours en de ‘Servais Society'. In november 2016 speelde Ketevan in het kader van de New Masters on Tour. Samen met pianist Daniël Kool zal zij spelen in Texel (Hervormde Kerk), Zwolle (Odeon), Amsterdam (Concertgebouw) en Bratislava (Slovak Philharmonic). Ketevan gaf concerten en tournees in Nederland, Frankrijk, Italië, Zwitserland, Duitsland, Rusland, Georgië en België.

De Russische dirigent Lev Markiz en de ‘Stichting vrienden van het Conservatorium van Tbilisi’ maakten het mogelijk voor Ketevan om in Nederland te komen studeren. Met hun hulp was het ook mogelijk haar huidige cello aan te schaffen. Haar strijkstok is een ‘Fetique’ in bruikleen van het Nationaal Instrumentenfonds (NMF).  

www.ketevanroinishvili.com


Vera Kooper
De Nederlandse pianiste Vera Kooper wordt beschreven als een sensitief en expressief musicus, met een indrukwekkende techniek en gepassioneerde toewijding.

In 2013 was Vera mede-oprichter van het Delta Piano Trio, met violist Gerard Spronk en celliste Irene Enzlin. Het trio won talloze prijzen, waaronder in 2020 de "Anton Kersjesprijs”, en trad veelvuldig op in Europa, Rusland, Israël, China, Korea, Indonesië en de VS.

De debuut-cd van het trio, met pianotrio’s van Taneyev en Borodin, alsmede hun tweede cd “The Mirror with Three Faces“, met werken van Lera Auerbach en Dmitri Sjostakovitsj en hun meest recente opname “Origin“, in 2022 uitgebracht bij Challenge Classics, ontvingen uitstekende kritieken in toonaangevende vakbladen als Diapason, BBC Music Magazine, Gramophone, de NRC en Luister.

In 2020 bracht Vera haar eerste solo-CD uit, "Hope", met werken van Ludwig van Beethoven en John Corigliano. Daarnaast maakte ze in 2021 een uitgebreide tournee door Nederland met Floris Kortie en de voorstelling "Het jaar 250 na Beethoven”, een theaterproductie over het leven en de pianosonates van Ludwig van Beethoven. Onlangs maakte Vera met klarinettiste Maria du Toit een uitgebreide tournee door Zuid-Afrika.

www.verakooper.com