Klassiek in Witte Kerk Heiloo

22 december: DON'T LEAVE

Ensemble de Nootzaak

Paolo Gorini (piano)
Niels Pol (hobo)
Marco Danesi (klarinet)
Henk Veldt (hoorn)
Suzanne van Berkum (fagot)

Programma

Ludwig van Beethoven - Ouverture Leonore (arr. Henk Veldt)
Frederic Delius - enkele
Danish Songs voor verschillende bezettingen
Gustav Holst - Kwintet in a-mineur (Op. 3 H. 11)

-------pauze--------

Frederic Delius - enkele
Danish Songs for verschillende bezettingen
W.A. Mozart - Kwintet in Es-majeur (KV 452)


24 november 2024, ZIJ aan ZIJ. Shuann Chai en Ellen Corver spelen piano quatre-mains


W.A. Mozart Sonate in F-groot
R. Schumann Bildern aus Osten op. 66
M. Ravel Ma Mere l'Oye
Mayke Nas Digi2

Quatre-mains spelen, dat doe je met je kleine zusje, zei Gerard Bouwhuis jaren geleden. Maar hij kwam met Ellen Corver, en speelde met haar Strawinsky's Sacre du Printemps. Prachtig en indrukwekkend.
Ellen komt nu terug met Shuann Chai. Twee pianisten die het kleine-zusje-stadium in alle opzichten zijn ontgroeid. Maar het blijft ontzettend leuk, quatre-mains spelen.
En er zijn geweldige stukken voor geschreven. Mozart was een van de eersten die volwaardige sonates schreef voor vierhandig piano, briljant en groot opgezet, maar ook intiem. Voor thuis in de huiskamer, zoals ook de vele latere bewerkingen van symfonisch repertoire gemaakt waren om thuis naar deze grote werken te kunnen luisteren.
Ravel's Ma Mère l'Oye, dat hij later voor orkest bewerkte is een originele compositie voor 4-handig piano. Sprookjes van Moeder de Gans… het is een echte, betoverende sprookjeswereld, feëriek, zoals tot uitdrukking komt in de titel van een van de delen, Le Jardin Féerique. Er zijn Oosterse pagodes en andere kleurrijke, betoverende beelden. Ravel op zijn allerbest, en de lievelingscompositie van Bernard Haitink, die toch vooral geroemd werd om zijn Mahler- en Brucker-interpretaties.
Ook Robert Schumann liet zich inspireren door oude oosterse fabel-gedichten, over Abu Said. Hij herkende in deze mythische figuur een soort oosterse Tijl Uilenspiegel, die hem bij het componeren niet los niet.
Van Mayke Nas is het recentste stuk, speels, gebaseerd op klapliedjes voor kinderen. De piano wordt een soort slagwerkinstrument, zoals Strawinsky altijd al vond… moeilijk uit te leggen, je moet het horen en zien.
Mayke Nas (1972) componeerde voor de meeste grotere Nederlandse muziekensembles, en voor orkesten als het Concertgebouworkest en het Rotterdams Philharmonisch. Vaak maken theater, video, tekst & choreografie deel uit van haar composities. Ook haar titels zijn theatraal, zoals “To hell” voor altviool en orkest en “No reason to panic” voor blaasorkest, contrabas en slagwerk. DIGIT #2 schreef Nas in 2002.


27 oktober 2024, Delta Pianotrio in Heiloo


Het Delta Pianotrio heeft in 11 jaar tijd een grote internationale reputatie opgebouwd met zijn diep-persoonlijke klank, onverwoestbare muzikaliteit en knetterende energie. In Zaandam zijn zij geregeld te gast geweest, met muziek van b.v. Haydn, Beethoven en Dvorak, maar ook met gloednieuwe stukken van o.m. Lera Auerbach.
Voor ons kleine podium in Heiloo is het een grote eer en genoegen te merken dat deze wereldwijd optredende musici heel graag hier terugkomen. Juist de intimiteit van onze Vermaning met haar sublieme akoustiek sluit goed aan bij hun opvattingen over wat muziek maken eigenlijk is: een vorm van heel directe en intense communicatie. En het publiek hier: altijd heel geconcentreerd en dankbaar om voor te spelen.
Het "Aartshertog" trio schreef Beethoven in 1811 voor zijn vriend, leerling en sponsor de Oostenrijkse aartshertog Rudolf. Beethoven zelf speelde de première, niet heel goed schijnt het, door zijn afnemende gehoor (het was zijn laatste optreden als pianist...), maar het stuk werd goed ontvangen en is in onze tijd gebruikt als filmmuziek (Coen Brothers: The man who wasn't there), en zelfs als structureel element in "Kafka aan het strand" van Haruki Murakami.
"Verklärte Nacht" is een vroege compositie van Arnold Schönberg, in een nog hoogromantische stijl. Inspiratie vond Schönberg in het gelijknamige gedicht van Richard Dehmel, en in zijn verliefdheid op Mathilde von Zemlinsky, de zus van zijn vriend Alexander, ook een vooraanstaand componist. Weelderige harmonieën, heftige gemoedsbewegingen, uitersten van expressie tekenen dit symfonisch gedicht. Oorspronkelijk voor 6 strijkers geschreven is het stuk ook bewerkt voor strijkorkest, èn voor pianotrio. Mede-oprichter van ons eigen Schönberg Ensemble Henk Guittart schreef recent een nieuwe trio-bewerking van deze meesterlijke compositie.

28 september Nieuw Amsterdams Peil

Morton Feldman: Piano, violin, viola, cello.


Wanneer het op de aard van zijn late composities aankwam, sprak Morton Feldman graag over ‘landschappen in de tijd’. Tijdens een lezing in Middelburg eind jaren tachtig zei hij daarover: ‘Mijn stukken zijn niet lang, de meeste zijn zelfs te kort. Analytisch gezien zijn mijn stukken misschien lang, maar als je ernaar luistert, lijken ze te horen bij het landschap van tijd dat ik breng.’ Dit citaat gaat zeker op voor Feldmans laatst voltooide compositie Piano, Violin, Viola and Cello (1987). In vergelijking met eerdere stukken zoals het Tweede Strijkkwartet (1983) en For Philip Guston (1984), die beide meer dan drie uur duren, is dit atypische pianokwartet van bijna tachtig minuten een relatief kort werk. In dit stuk kwam Feldman tot een laatste verfijning van zijn componeermethode, die het midden houdt tussen herhaling en variatie. Het is muziek zonder contrasten; er zijn geen climaxen, geen melodieën en geen polyfonie. Bovendien speelt alles zich af binnen een relatief klein toonbereik. Maar juist binnen deze begrenzingen roept Feldmans muziek een enorm gevoel van sereniteit en tijdloosheid op. ‘Feldmans stukken beginnen niet echt en eindigen niet’, aldus een treffende karakterisering van pianist Steffen Schleiermacher in het cd-boekje. ‘In plaats daarvan verschijnen ze kortstondig uit de eeuwigheid [...] om terug te keren naar de stilte waaruit ze vandaan kwamen.’ (JWvR)

zo. 26 mei: Joe Puglia's Temporary Pianotrio.

Joe Puglia (viool), Örs Köszeghy (cello) en Ellen Corver (piano) spelen:

Ernest Bloch (1880-1959)
Three Nocturnes voor Piano Trio (1924)
I. Andante
II. Andante quieto
III. Tempestoso

Ludwig van Beethoven (1770-1827)
Piano Trio No. 3 in c klein, Op. 1, No. 3
I. Allegro con brio
II. Andante cantabile con variazioni
III. Menuetto. Quasi allegro
IV. Finale. Prestissimo

pauze

Johannes Brahms (1833-1897)
Piano Trio No. 2 in C groot, Op. 87
I. Allegro
II. Andante con moto (Tema con variazioni)
III. Scherzo. Presto - Trio. Poco meno presto
IV. Finale. Allegro giocoso

Zo. 21 april: Marco Danesi (klarinet) speelt klarinetkwintetten van Brahms en Golijov met internationaal strijkersensemble

Osvaldo Golijov opent de deuren naar zijn wereld met een prelude. De meditatieve sfeer en lang aangehouden akkoorden begeleiden de luisteraar in een lange en onrustige muzikale reis. Het eerste deel klinkt als een hartslag die wild aan het versnellen is. Terwijl de klarinet een muzikale lijn begint met lange noten, herhaalt het strijkkwartet juist obsessief acht noten. Hierdoor ontstaat er een zwaartekrachtsveld waarin de twee contrasterende lijnen zich nooit verenigen maar wel samenkomen als de krachten van God en de mensheid. Het tweede deel klinkt als een overslaande hartslag: het ritme van de dood. De klarinet en de viool houden een monoloog als verhalenvertellers, terwijl het strijkkwartet de rol van klezmer band op zich neemt. Het derde en laatste deel klinkt als de toverfluit van een herder. Het is een sierlijke en zoete melodie die het publiek tegen het einde van de reis weer in rustige sferen brengt. De compositie eindigt met een postlude waarin een vraag wordt gefluisterd: Wat is de motor van het leven? De vraag blijft onbeantwoord.
 

ZO. 17 maart, 15.00 uur:
J.S. BACH: JOHANNES PASSION

Solisten:

Marcel Reijans Evangelist
Sven Weyens Christus
Wendeline van Houten Sopraan
Talitha van der Spek Alt
Jeroen Helder Tenor
Christian Beutel
Bas

Barokensemble en Koor Eik en Linde o.l.v. Henk Verhoef, orgel

De passiemuziek bij het evangelie van Johannes is een van die grote meesterwerken van Bach die ieder jaar in Nederland wel uitzonderlijk vaak worden uitgevoerd: in concertzalen en kerken, groot en klein, beroemd en bescheiden, door het hele land verspreid. In de weken voor Pasen gaan jong en oud, arm en rijk, hoofd- en handwerkers, gelovigen en sceptici, eendrachtig ter kerke of naar de concertzaal om zich over te geven aan het aangrijpende verhaal van de uitlevering, de marteling en de dood van Jezus van Nazareth.
Speciaal voor die kleine kerken, maar ook uit muzikale overwegingen, voert Eik en Linde de Johannes uit met een zo licht mogelijke instrumentale bezetting en een kamerkoor. Het lijnenspel van de instrumentale en vocale stemmen wordt helderder, transparanter, en de subtiliteiten van de barokke speelwijzen komen beter tot hun recht in deze kleinschalige maar niet minder indrukwekkende bezetting.

Zo. 18 februari, 15.00 u:


ARPEGGIONE
Ketevan Roinishvili, cello
Vera Kooper, piano


Programma:

Ludwig van Beethoven: 7 Variaties op “Bei Männern, welche Liebe fühlen” (Zauberflöte), WoO46

Lera Auerbach: Cello Sonate No. 1, Op. 69
I.  Allegro moderato
II. Lament. Adagio
III. Allegro assai
IV. Con estrema intensitá

---- pauze ----

Franz Schubert: Sonate voor Arpeggione en Piano in a-klein, D. 821
I. Allegro moderato
II. Adagio in E major
III. Allegretto in A major

Op Youtube staan mooie opnamen van Beethoven, Schubert en Auerbach

De arpeggione, ook wel guitare d’amourguitarre-violoncell of bowed guitar genoemd, is volgens de meeste bronnen in 1823 ontworpen door de Weense gitaarbouwer Johann Georg Staufer (1778-1853).
De term bowed guitar was eigenlijk geen slechte benaming, omdat het instrument enkele belangrijke vormkenmerken van de gitaar verenigt met de gestreken speelwijze van de vioolfamilie (zie onder). De term guitare d’amour is natuurlijk de mooiste: zoals bij de viola d’amore of de oboe d’amore verwijst hij naar de zachte, soms klagende klank. Maar de term die de geschiedenis heeft behouden is arpeggione. Staufer noemde zijn creatie zo omdat een van de belangrijkste eigenschappen van dit instrument het spelen van gebroken akkoorden was. (Het Italiaanse woord arpeggio betekent gebroken akkoord.) Vanaf 1871 werd de naam arpeggione de meest gebruikte. Dit was een gevolg van de publicatie in dat jaar van de populaire arpeggione-sonate uit 1824 van Schubert.
Ketevan Roinishvili
Ketevan Roinishvili komt uit een muzikale familie in Tbilisi (Georgië). Ketevan studeerde aan het Muziek Gymnasium bij Professor Mikheil Khoshtaria tot 2005 en werd aangenomen op het Conservatorium van Tbilisi, waar zij tot augustus 2008 studeerde bij Professor Tamara Gabarashvili. Zij sloot haar bachelor af onder leiding van Dmitri Ferschtman en haar masterexamen onder leiding van Floris Mijnders. Ook studeerde zij in Wenen bij Professor Reinhard Latzko. Ketevan sloot haar examens af met de hoogst mogelijke onderscheiding.

Ketevan won diverse nationale en internationale prijzen waaronder het Georgisch nationaal concours en het Servais international concours. Zij werkte samen met musici als Maria Milstein, Dmitri Ferschtman, en Natalia Gutman. Ook soleerde zij met diverse orkesten en werkte samen met dirigenten als Adrian Prabava en Cem Mansur.  Ketevan treedt regelmatig op in binnen- en buitenland, onder andere in het kader van  het Dutch Classical Talent Concours en de ‘Servais Society'. In november 2016 speelde Ketevan in het kader van de New Masters on Tour. Samen met pianist Daniël Kool zal zij spelen in Texel (Hervormde Kerk), Zwolle (Odeon), Amsterdam (Concertgebouw) en Bratislava (Slovak Philharmonic). Ketevan gaf concerten en tournees in Nederland, Frankrijk, Italië, Zwitserland, Duitsland, Rusland, Georgië en België.

De Russische dirigent Lev Markiz en de ‘Stichting vrienden van het Conservatorium van Tbilisi’ maakten het mogelijk voor Ketevan om in Nederland te komen studeren. Met hun hulp was het ook mogelijk haar huidige cello aan te schaffen. Haar strijkstok is een ‘Fetique’ in bruikleen van het Nationaal Instrumentenfonds (NMF).  

www.ketevanroinishvili.com


Vera Kooper
De Nederlandse pianiste Vera Kooper wordt beschreven als een sensitief en expressief musicus, met een indrukwekkende techniek en gepassioneerde toewijding.

In 2013 was Vera mede-oprichter van het Delta Piano Trio, met violist Gerard Spronk en celliste Irene Enzlin. Het trio won talloze prijzen, waaronder in 2020 de "Anton Kersjesprijs”, en trad veelvuldig op in Europa, Rusland, Israël, China, Korea, Indonesië en de VS.

De debuut-cd van het trio, met pianotrio’s van Taneyev en Borodin, alsmede hun tweede cd “The Mirror with Three Faces“, met werken van Lera Auerbach en Dmitri Sjostakovitsj en hun meest recente opname “Origin“, in 2022 uitgebracht bij Challenge Classics, ontvingen uitstekende kritieken in toonaangevende vakbladen als Diapason, BBC Music Magazine, Gramophone, de NRC en Luister.

In 2020 bracht Vera haar eerste solo-CD uit, "Hope", met werken van Ludwig van Beethoven en John Corigliano. Daarnaast maakte ze in 2021 een uitgebreide tournee door Nederland met Floris Kortie en de voorstelling "Het jaar 250 na Beethoven”, een theaterproductie over het leven en de pianosonates van Ludwig van Beethoven. Onlangs maakte Vera met klarinettiste Maria du Toit een uitgebreide tournee door Zuid-Afrika.

www.verakooper.com